Omkeringen van akkoorden

Omkeringen van akkoorden

Om akkoorden mooi te verbinden kun je gebruik maken van omkeringen van akkoorden. Het idee hierachter is dat je gemeenschappelijke tonen laat liggen.

Zodra je deze gaat oefenen zul je zien dat er meerdere liggingen van akkoorden zijn. Elke drieklank heeft drie liggingen:

  • Grondligging
  • Eerste omkering
  • Tweede omkering

Drieklanken kunnen worden omgekeerd door de laagste noot een octaaf hoger te spelen.

De laagste noot, de bastoon, geeft de naam van de omkering.

C Grondligging

Als de laagste noot de grondtoon is van een akkoord noemen we dit de grondligging.

We gaan nu de onderste toon bovenin liggen.

De terts van het akkoord is nu de bastoon.

C Eerste omkering

Deze ligging heet de eerste omkering.

Leg nu de onderste toon weer boven.

C tweede omkering

Deze ligging heet de tweede omkering.

Leg nu voor de laatste maal de onderste toon weer boven.

C Majeur akkoord

Je bent weer uitgekomen in de grondligging.

Veel voorkomende omkeringen:

Middels het gebruik van omkeringen en het laten liggen van akkoord tonen kun je akkoorden soepel verbinden.  Tijdens mijn werk als pianoleraar leer ik mijn leerlingen onderstaand schema aan. Deze wordt veel gebruikt in popmuziek.

C tweede omkering

Am

F

 

Je kunt deze akkoorden zowel met de linker als rechterhand oefenen. Zo wordt je steeds handiger!

Veel speelplezier.